Een rechtlijnig verhaal of betoog in de trant van ‘en toen ..’; ‘en toen ..’; ‘en toen ..’ is meestal geen adekwaat vehikel om ingewikkelde gedachtengangen, relaties en samenhangen aan op te hangen, inzichtelijk te maken.
Niet-lineaire overgangen
Uitweidingen, voorbeelden, terzijdes, .. ze zijn onontbeerlijk om de hoofdlijnen van een discours te verlevendigen, te illustreren en te contextualiseren.
Maar hoe pak je de draad weer op?
Structurele markers
Een structurele marker als ‘trouwens’ kondigt aan dat er nu een terzijde begint die slechts marginaal met het hoofddiscours te maken heeft. Dat is handig om studenten alert te maken dat hier even een zijpad bewandeld wordt – maar vereist ook een expliciete terugkeer naar waar het uitstapje begon.
In het vuur van een betoog vergeten docenten dat soms – en kunnen zo bij een ingewikkeld onderwerp hun studenten het bos in sturen..